Woestijngebied

2 december 2017 - San Pedro De Atacama, Chili

Lieve mensen,

Het begint al goed: de gebelde taxi laat op zich wachten en de bus komt ook al een half uur later dan volgens schema. Eenmaal op weg lijkt het tergend langzaam te gaan. Ik moet op tijd in Purmamarca zijn: om 09.00 uur vertrekt de gereserveerde bus naar San Pedro de Atacama! Tot overmaat van ramp horen we een vreemd geluid en even later staan we stil. Niet zo gauw last hebbend van nervositeit begin ik me nu echter wel zorgen te maken. Zeker als de politie aan boord verschijnt. Gewone controle? Hebben we pech? Of heeft de chauffeur een ongeluk veroorzaakt? Niemand heeft een antwoord op al deze vragen en er worden ook geen mededelingen gedaan. Wel dringt het door dat deze bus voorlopig niet verder gaat. Met meer mensen die naar Purmamarca gaan in een taxi stappen en die brengt ons voor een habbekrats naar de plaats van bestemming. Bij het afgesproken hotel weet men van niets, er is geen bushalte en geen mens te zien. Klopt dit wel? Dan maar langs de straat gaan staan. Welke straat? De rijksweg? Dat is gevaarlijk en er is geen goede stopgelegenheid. Wat een dag! Bij het arriveren van een groep jongeren, 3 Fransen en 1 Nederlander, die hetzelfde reisdoel hebben komt de rust terug. Zeker als er ook nog 2 Colombiaanse meisjes bij komen. Doch al wat er om 09.00 uur verschijnt, geen bus. Met z’n allen proberen we ons te vermaken met vertellen van ervaringen, reisplannen, reistijden, etc. en wat gymen (in de vrije ruimte zijn hier veel sporttoestellen te vinden). Best aangenaam wachttijdvermaak. Ruim na 10.00 uur kunnen we, na papiercontrole, gaan zitten. Ik zit helemaal boven voorin (waarvoor dank, Netty!) hetgeen erg plezierig is op een lange reis.
Het is weer een prachtige route, van Purmamarca in Argentinië naar San Pedro de Atacama in Chili. Al gauw begint het stijgen, verder omhoog over een licht- slingerende weg. De Andes is een lange bergketen die zich uitstrekt over de westkant van heel Zuid-Amerika, te beginnen in Colombia en eindigend in de uiterste zuidelijke punt van Chili. Bergtoppen boven 6.000 meter hoogte zijn geen uitzondering. Zoveel duizenden kilometers aan bergen met daartussen een grote variëteit aan landschappen. Lager gelegen zie je veel landbouw en veeteelt. Ga je hoger, wordt het droger en vaak ook kouder. Daar tref je dan vooral de llama’s, alpaca’s en pecuna’s aan die goed bestand zijn tegen dit klimaat. Het zijn sierlijke dieren die meestal in (kleinere) groepen rondtrekken, zoals we veelvuldig zien tijdens de reis door een onmetelijke woestijn: de Salina de Jama. Een enorme zandvlakte, waar meer dan eens windhozen zijn waar te nemen, in de verte omgeven door de bergen. Opvallend genoeg is deze zandvlakte geen saai gegeven: ook hier weerkaatsen de kleuren van de bergen in het zand. Zo veel moois en de verscheidenheid, het is om stil van te worden. Aan de horizon doemen de witte vlakken op tussen het zand: de zoutvlaktes. De Salinar de Jujuy als eerste grote zoutvlakte, gevolgd door ettelijke “kleinere” vlaktes vermengd met de ook nog steeds doorlopende woestijnzanden. Een boeiend geheel. De natuur kent gelukkig geen (lands)grenzen en loopt vlekkeloos door de grens van Argentinië naar Chili.
Het passeren van de grens is in heel Zuid-Amerika een gegarandeerd gegeven voor oponthoud. Hier viert de bureaucratie hoogtij. Al in de bus krijg je (meerdere) formulieren om je gegevens in te vullen. Hoewel deze ook in je paspoort staan, mag je dat bij de grenspost nog eens doen en wordt door de grensemployees alles ook nog eens overgenomen op een computer. Wantrouwen? Werkverschaffing? Ben je dan door deze rij heen, mag je vervolgens in de volgende rij gaan staan met de grote backpack:  controle m.b.t. invoer. Het leidt tot veel gezucht en gesteun. Een oefening van geduld.....! Goed om weer eens te realiseren hoe gelukkig wij in Europa zijn met de open grenzen! De grenspost ligt hoog, net iets boven de 5.000 meter; het is een open vlakte, koud en winderig. Iedereen is blij weer te kunnen instappen. Tijdens het vervolg van de reis doorkruisen we bovendien een gebied met erg veel mijnen: zout, borax, mineralen, etc. worden hier gewonnen. Wonderlijk, want we bevinden ons ook midden in een prachtig nationaal park. Bij het naderen van San Pedro de Atacama hebben we een goed zicht op de hoogste vulkaan uit deze regio: de in konische vorm boven alles uitstekende Licacabur, bijna 6.000 meter hoog. Gigantisch!
Er is geen taxi te zien bij de busterminal, dat wordt dus lopen naar het hostel. Onderweg biedt een aardige jongeman hulp aan, hetgeen ik na enige aarzeling wel accepteer: voorzichtigheid blijft geboden.

San Pedro de Atacama ligt in het noorden van Chili, vlak bij de grens met Bolivia en iets verder naar het zuiden de grens met Argentinië. Het dorp is in +/- 1450 gesticht door Yupanqui (overleden 1471), een voorvader van de befaamde Tupac Maru, leider van het Inca-rijk ten tijde van de inquisitie, die hevig verzet geboden heeft tegenover de Spanjaarden en door hen op gruwelijke wijze is vermoord. Het is een klein dorp, gebouwd rondom een oase in de Atacama-woestijn, telt nog geen 6.000 inwoners en ligt bijna 2.500 meter boven zeeniveau. Het behoort tot een van de droogste plaatsen op aarde en heeft een bijzonder ecosysteem. Een gezellig dorp, met een cluster van onverharde wegen die allen leiden naar een knus plein waar de kerk een centrale plek inneemt, de ontmoetingsplaats voor veel inwoners. San Pedro de Atacama is voor toeristen een van de populairste bestemmingen in het noorden van Chili. Dit vooral vanwege de uitzonderlijk spectaculaire belevenissen en activiteiten in de nabije omgeving van het dorp.
Na enige oriëntatie w.b. prijs en tijd boek ik in het hostel een uitstap naar de “ Valle de la Luna”. Gemakkelijk is dat je dan in het hostel wordt opgehaald. Nadeel is dat je niet weet welke kwaliteit er aan verbonden is, aangezien er nooit een auto voor een persoon gaat rijden. Aanmelders worden dus bij elkaar gevoegd, begrijpelijk overigens. Aan het einde van de middag worden wij (er blijkt zich nog een persoon in het hostel te hebben aangemeld) opgehaald. Het gezelschap is gevarieerd: het merendeel is Spaans-sprekend en een enkeling onderhoudt zich in het Engels. De gids behoort twee-talig te zijn; voor mij echter niet altijd goed verstaanbaar; enerzijds vanwege het Spaans-Engels dat hij spreekt en anderzijds duidelijk omdat Engels niet mijn moedertaal is. Alleen al de reis naar de bestemming is fascinerend: omhoog, omlaag, langs de rivier, uitmondend in verschillende meren; dan weer een stuk bos en dit alles met als achtergrond de hoge bergen, waarvan vele (niet-actieve) vulkanen blijken te zijn. Het gebied is droog. Ook hier de inmiddels bekende onverharde en ongelijke wegen met gaten er in. “Valle de la Luna” is naar mijn idee een niet juist gekozen naam voor dit gebied: het betekent letterlijk: “Vallei van de maan”. Die zie je echter nog niet aan het einde van de middag. Mogelijk stamt de naam uit historische (Inca) tijden. Wat we wel zien is een prachtig uitgestrekt gebied waar de dalende zon speelt met de verschillende steensoorten en de brokjes zout. Het resultaat is veel glitter en geglinster. Helaas heeft de gids/ chauffeur hier niet zo veel aandacht voor, waardoor het niet mogelijk is om uit te stappen en nader te bekijken. Een uit zout ontstaan “beeld” heeft de naam gekregen: “de 3 Maria’s”. Inderdaad wonderlijk. Maria is in dit gedeelte van de wereld een zeer belangrijk en veel aanbeden figuur. Bijzonder vind ik de uit druk ontstane zoutlaagjes die schitteren in de zon en mij vooral doen denken aan dunne ijslaagjes op een kleine plas water. De ontstane kleuren zijn gevormd door de ook hier aanwezige mineralen. Uiteindelijk is het wachten op de zonsondergang achter de bergen. In de tussentijd is er wel ruimte om verder op verkenning in het gebied uit te gaan. Dus weer klimmen, nu met eigen benen! Fantastische vergezichten. Mijn gedachten dwalen echter ook regelmatig af naar Venlo. Lastig om hier nu alleen te zijn. En toch te willen genieten van al dit fraais. Het voelt zo ontzettend dubbel.                   Het uitzicht op de vallei beneden is spannend: rotsformaties afgewisseld met landbouwgrond en een rivier man ...... kronkelend door dit landschap. De gids heeft blijkbaar haast, want zo gauw de zon half verdwenen is achter de bergen, roept hij zijn schaapjes bij elkaar. Het mooiste, de kleuren die zich dan openbaren in de lucht, krijgen we dus niet te zien. Jammer.

Volgende morgen gaat de wekker weer vroeg: voor dag en dauw vertrekken we richting de warmwatergeisers op de berg El Tatio, 4.200 meter boven zeeniveau. Het is een tocht van +/- 1,5 uur, dus adviseert de gids ons om nog wat te slapen. Het is immers nog donker. Slapen lukt niet bij mij, wel het genieten van weer een kleurrijke zonsopkomst. Het merkwaardige aan de geisers is dat zij vooral actief zijn in de nacht en even na zonsopkomst. Zodra de temperatuur in het gebied stijgt zakt de activiteit van de geisers en kun je de enorme stoomwolken veelal niet meer waarnemen. De grootst waargenomen eruptie heeft een hoogte van 6 meter bereikt, terwijl het gemiddelde ligt op 75 cm. Het gebied waar wij ons bevinden is immens groot (het is op 2 na het grootste ter wereld) en er zijn 80 actieve geisers te vinden, de een groot, de ander wat kleiner. Het is een fascinerend gezicht, hier te zijn tussen al die hete stoomwolken die een temperatuur bereiken van meer dan 200 graden Celsius. Dus voorzichtig! Waar je ook loopt, overal borrelt het. Niet alle actieve geisers stoten op dit uur nog stoom uit. Het ruikt naar zwavel. Ook de geisers ontstaan door druk van de ondergrondse platen. De warmte die vrijkomt door deze druk vermengt zich met ondergronds aanwezig water dat weer een uitweg zoekt naar boven. Interessant. Na ruimschoots de tijd te hebben gehad om rond te kijken en ons te verbazen wacht ons nog een cadeautje: de chauffeur brengt ons naar moddergeisers (omdat wij zo’ n goede groep zijn.....!!). Zoals zij zeggen is dit een privegebied, exclusief toegankelijk voor de chauffeur. Hoe het ook zij, wij zijn er inderdaad de enige bezoekers. Het blijft fascinerend: je staat daar aan de rand van de “afgrond” en hoort het geborrel en gedonder van beneden (uit de onderwereld?) tot je komen. Je ruikt de zwavel en andere mineralen. Magnifique waarneming. Ik voel mij klein en rijk tegelijk om dit nog te mogen meemaken. Deze wondere wereld die zoveel moois te bieden heeft. Vergezeld van llama’s en pecuna’s dalen we weer af naar San Pedro de Atacama. Straks, later, thuis, zal er veel moeten indalen. 

Lieve groet, Aggie
 

Foto’s

10 Reacties

  1. Nathalie:
    19 december 2017
    Wat een geweldig verhaal weer vol inspirerende avonturen. Ik ben blij met jou :) Dikke knuffel Nathalie
  2. Henny:
    19 december 2017
    Aggie,
    Wat moet dat zijn voor jou?! Ik word er al stil van bij weer zo'n verhaal.
    Bisous, bisous,

    Henny
  3. Gerti van vree:
    19 december 2017
    Mooi supermooi Aggie! Hoe lang blijf je nog alleen op pad? En wanneer ben je terug in Nederland?
    Dikke knuffel van Gerti
  4. Merijn:
    20 december 2017
    Fantastisch verhaal weer Aggie!
  5. Hanna:
    20 december 2017
    Prachtige tocht heb je weer gemaakt Aggie.
    Groetjes, Hanna.
  6. Fie:
    20 december 2017
    Aggie,
    Wij genieten weer helemaal mee!!
    Verder willen we jou, daar heel ver weg, gezellige kerstdagen wensen, alle goeds voor 2018 en last but not least 'n goede terugreis!
    Fie en Wim
  7. Edith:
    21 december 2017
    Wat een geweldige reis. Maar goed dat je toch nog Venlo noemt. De Kerst nadert dus Feliz Navidad!
  8. Pieter Barendse:
    22 december 2017
    Bedankt voor dit indrukwekkende reisverslag.
    Heb je al een einddatum gepland?
    Hoe zien de feestdagen er bij jou uit?
    Hoe dan ook: goede feestdagen en een gezond 2018.
  9. Annemiek Van Dam:
    23 december 2017
    Hoi Aggie, ligt dat gebied ook op die beroemde breuklijn, gezien al die geisers en zwaveldampen.. wel gaaf hoor..ik ga nog even kijken op internet hoe dat nou zit..
  10. Joep:
    27 december 2017
    Geweldig mam!